Samenvatting | De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft een
wijzigingsregeling van de Tijdelijke noodmaatregel
overbrugging voor behoud van werkgelegenheid aan de Tweede
Kamer aangeboden. Daarmee wordt de NOW-regeling voor de derde
keer gewijzigd sinds haar inwerkingtreding. Wij ontlenen aan
de toelichting op de wijzigingsregeling het
volgende:- Ondernemingen die een (onderdeel van een)
onderneming hebben overgenomen vóór deelname aan de NOW
blijken in een aantal gevallen in beperkte mate gebruik te
kunnen maken van deze regeling. Daarom wordt een bepaling
opgenomen vergelijkbaar met die voor startende ondernemingen.
De nieuwe bepaling ziet op situaties van overgang van
onderneming in 2019 tot en met 1 februari 2020. De aanvrager
van een NOW-subsidie kan - als hij een overname heeft gedaan
ná 1 januari 2019, maar uiterlijk op 1 februari 2020 - de
kalendermaanden vanaf het moment van de overgang hanteren voor
de omzetvergelijking, omgerekend naar de omzet over drie
maanden.
- Geregeld wordt dat de loonsom van maart tot
en met mei kan worden gehanteerd bij de subsidievaststelling.
Hiermee wordt een werkgever niet onnodig benadeeld doordat
zijn loonsom in de subsidieperiode (maart t/m mei) hoger is
dan de loonsom in de referentiemaand
(januari).
- Geregeld wordt dat extra periode salaris
uit de loonsom kan worden gefilterd tijdens zowel de
referentieperiode als de subsidieperiode. De regeling wordt
aangepast om te voorkomen dat werkgevers enkel vanwege de
betaling van een dertiende maand in januari een aanzienlijk
deel van de NOW-subsidie moeten terugbetalen bij
vaststelling.
- Voor de NOW-regeling wordt geen
accountantsverklaring gevraagd voor gevraagde
subsidievaststellingen onder de € 125.000. Bedrijven die
een voorschot hebben ontvangen van € 100.000 of meer
moeten een accountantsverklaring overleggen. Een voorschot van
€ 100.000 betreft in de meeste gevallen een
subsidiebeschikking van € 125.000. Als bij een voorschot
lager dan € 100.000 naderhand blijkt dat de subsidie toch
op € 125.000 of hoger wordt vastgesteld, moet de
werkgever alsnog een accountantsverklaring inleveren. De
werkgever krijgt daarvoor 14 weken de tijd. Bij de bedragen
van € 100.000 voor het voorschot en € 125.000 voor
het vaststellingsbedrag wordt uitgegaan van het bedrag van de
individuele rechtspersoon/natuurlijke persoon of het concern
indien er sprake is van een concern. Er wordt niet per
loonheffingennummer gekeken omdat een belangrijk punt van
controle door de accountant de omzetdaling is, en die wordt
beoordeeld op het niveau van de gehele onderneming c.q. de
gehele groep. De verklaring van de accountant moet voldoen aan
controlestandaarden die door de Koninklijke Nederlandse
Beroepsorganisatie van Accountants zijn vastgesteld, met
inachtneming van het accountantsprotocol dat door de minister
wordt vastgesteld.
- Door de eerste twee genoemde nieuwe
mogelijkheden voor kunnen werkgevers die in eerste instantie
niet in aanmerking kwamen voor een tegemoetkoming op grond van
de NOW mogelijk alsnog succesvol een aanvraag doen. Het
aanvraagtijdvak voor de eerste tranche van de NOW wordt daarom
langer opengesteld: tot en met 5 juni 2020. Deze nieuwe
mogelijkheden voor aanvragers werken terug tot de datum van de
brief van 20 mei waarin deze wijzigingen aan de Tweede Kamer
zijn aangekondigd.
- Inmiddels is duidelijk dat het,
mede gelet op de verlenging van de NOW met een tweede
aanvraagtijdvak, niet mogelijk is om eerder dan 7 oktober 2020
verzoeken om subsidievaststelling in behandeling te nemen (18
weken later dan 1 juni). Daarom wordt geregeld dat een
werkgever een aanvraag om subsidievaststelling kan doen ná 6
oktober 2020. De indieningstermijn van 24 weken voor de
aanvraag begint vanaf die datum te lopen. De werkgevers
waarvoor geldt dat hun omzettijdvak per 31 mei of 30 juni
eindigde, krijgen dan ook langer de tijd om een aanvraag om
vaststelling van subsidie voor te bereiden.
|