De activiteiten van bedrijf X bestonden uit bewindvoering. Zij was bij beschikking door de kantonrechter aangewezen als bewindvoerder en ontving voor haar werkzaamheden een vergoeding. De inspecteur was van mening dat de activiteiten van X niet onder de sociaal-culturele vrijstelling van artikel 11, lid 1, onderdeel f, Wet OB vielen en legde naheffingsaanslagen BTW op. X ging in beroep. Rechtbank Den Haag verklaarde het beroep van X ongegrond. X ging met succes in hoger beroep. Hof Den Haag stelde X in het gelijk. Volgens het Hof waren de werkzaamheden van X niet anders te kwalificeren dan als prestaties die waren te rangschikken onder de vrijstelling van artikel 11, lid 1, onderdeel f, Wet OB, zowel op grond van de tekst van de nationale bepalingen als op grond van de kennelijke bedoeling van de aan de nationale vrijstelling ten grondslag liggende richtlijnbepaling, die sprak van diensten die nauw samenhingen met maatschappelijk werk en met sociale zekerheid. De werkzaamheden van X die naar het karakter en de inhoud van sociale aard waren, waren volgens het Hof te kwalificeren als door een instelling als zodanig verrichte diensten van schuldhulpverlening. Volgens het Hof moesten de werkzaamheden, ook door de onderlinge verwevenheid, als een eenheid worden aangemerkt en vormden deze voor de heffing van BTW zowel afzonderlijk als tezamen, gelet ook op aard, inhoud en samenhang, met maatschappelijk werk nauw samenhangende werkzaamheden. Het doorslaggevende element in het karakter van de werkzaamheden werd vooral gevormd door de opzet en de bedoeling van de op basis van de betrokken regelgeving uitgevoerde als schuldhulpverlening aan te merken activiteiten, te meer omdat de werkzaamheden waren gericht op het verlenen van hulp aan de betrokken personen bij het weer op de rit krijgen van het dagelijkse leven waar het de aanpak en de oplossing van problemen betrof in gevallen waarin het ging om voor de betrokkenen onoverkomelijke schuldproblemen en waar hulp zoals door X werd geboden onontbeerlijk was. Het Hof verklaarde het hoger beroep van X gegrond.
Schuldbewindvoering volgens Hof Den Haag vrijgesteld van BTW
Datum: 18 januari 2021
Dagelijks al het fiscale nieuws in uw mailbox!
Met de dagelijkse e-mailservice Viditax ontgaat niets u meer op fiscaal gebied. De redactie van Fiscaal up to Date garandeert dat u al het fiscale nieuws van die dag om 17.15 uur ontvangt. Nieuws met betrekking tot rechtspraak, wetgeving en beleid wordt krachtig samengevat en elke vrijdag worden de arresten van de Hoge Raad kort en bondig weergegeven.
U ontvangt Viditax als u (proef)abonnee bent van Fiscaal up to Date.
Viditax 05-03-2021
- Oplopen r/c-schuld aan pensioen-BV uitdeling aan DGA
- Stichting na afsplitsing directe zorgwerkzaamheden geen ANBI meer
- Baker Tilly de fout in door vergeten Duits vastgoed bij aandelenfusieadvies
- Uit BTW-aangiften afgeleide ambtshalve aanslag IB autohandelaar overeind
- Niet verwerkt boekenonderzoek geen kenbare fout maar navordering intact
- Vóór registratie herstelde schade verlaagde waarde voor BPM niet
- Gewijzigde BTW-reisbureauregeling in Staatscourant
- Besluit noodmaatregelen Coronacrisis geactualiseerd
- Regeling subsidie vaste lasten financiering COVID-19
- In verkeerd jaar opgenomen opbrengst schilderij verlaagde box 1-inkomen
- Forse hogere straffen in hoger beroep voor frauderende belastingadviseurs
- Overboeking van G-rekening betaling aansprakelijkheid onder opschortende voorwaarde
- PKV na intrekking beroep tegen afwijzing aanvraag NOW 1.0
- EU-Richtlijn fiscale rapportageplicht multinationals weer op de agenda
- Te laat beroep door epileptische aanvallen niet verschoonbaar
- Rechtspraak kijkt naar duurzame inzet digitale zitting, ook na corona
- Schadeverleden van auto kwam niet in aftrek op handelsinkoopwaarde BPM
- Afschrijving BPM van bijna 30% voor kampeerauto van 9 maanden oud niet te laag